25 juli
Vandaag nemen we de bus naar Dali. We nemen om half 9 de stadsbus richting het busstation, waar de bus naar Dali om 10 uur vertrekt. We zijn er ruim op tijd. We hebben een mooi plekje halverwege de bus. Het is een ritje van 4 uur, dus prima te doen. Onderweg rijden we door lange tunnels. Het landschap wordt steeds heuvelachtiger. Aangekomen in Dali nemen we de taxi naar het guesthouse, MCA. We hebben niet geboekt van te voren, maar ze hebben nog plek. De kamer kost maar 120 yuan (12 euro), en is goed genoeg voor 2 nachtjes. Een tweepersoons bamboe bed, een kleine badkamer met bad en douche en een tv.
Als je het straatje uitloopt zit je al in het centrum. Het is er behoorlijk druk met chinese toeristen. Het centrum is sfeervol. Kleine huisjes, met aan de voorkant grote houten deuren die helemaal opengeklapt kunnen worden. Onder de stoep loopt een waterstroompje, maar bij elk huis zit een bruggetje. In het centrum horen we dat vanavond het Torch Festival wordt gevierd. Voor veel huizen en winkels staat een versierde, smalle boomstam. Hierin zitten wierookstokjes, en soms appeltjes in gestoken. Om aan de drukte in de hoofdstraat te ontsnappen, steken we de hoofdstraat over, en lopen langs de huizen, richting de bergen. Na een tijdje lopen komen we bij de ingang van de Zhonge Tempel. We besluiten dat we hier morgen naartoe gaan, met de fiets (die we nog gaan huren).
Terug in het centrum willen we wat gaan eten. In de lonely planet staat een leuk restaurantje. Alleen kunnen we het niet vinden. Na wat heen en weer lopen, en een paar keer vragen, gaan we ergens anders wat eten. Blijkbaar bestaat het restaurant niet meer. We gaan ergens zitten waar ze ook wat lokale specialiteiten hebben. Ik bestel vis, en krijg een heerlijke grote vis met wat groente voorgeschoteld. Vanavond is dus het Torch Festival. Het is niet helemaal duidelijk wat er gaat gebeuren, en hoe laat. Een ding wat zeker is, is dat de versierde fakkels voor de huizen in vlammen opgaan. Het is nog een tijdje wachten tot het feest lostbarst. Na 1 of 2 uur wachten gaan de eerste fakkels in de brand. Het is nog steeds druk met toeristen. Als de boomstammen branden, gooien jongeren een soort zaagsel in de vlammen, waardoor het vuur oplaait.
We hadden in eerste instantie een soort optocht verwacht, maar dat blijkt niet het geval. Na de schemering lopen er ook chinezen rond met brandende boomstammen. En dan gooien weer anderen zaagsel in het vuur, dus je moet goed om je heen blijven kijken. Bij Fred schroeien er wat haren van zijn onderbenen.
We lopen weer terug richting het hotel. Er is een poort, waar je ook op kunt. We klimmen de trap op, zodat we een leuk uitzicht over de straat hebben. Later, als we verder lopen richting het hotel, is de straat geblokt door een groep jongeren met brandende fakkels. Sommige voorbijgangers worden achternagezeten door hen met de fakkels. We wachten een goed moment af om er langs te glippen.
26 juli
We staan niet te laat op, rond half 8. In het centrum huren we mountainbikes, zodat we wat mobieler zijn. We regelen ook gelijk buskaartjes voor morgen, naar Lijiang. We ontbijten, en gaan daarna op pad richting de pagodes. De entree is 120 yuan. De pagodes zijn supermooi om te zien van dichtbij. Het is zo vroeg nog lekker rustig. Nadat we de tempels hebben bekeken, gaan we richting de Zhonghe Tempel. We rijden eerst verkeerd, als we het terrein afrijden, en linksaf de berg opgaan. Het is een behoorlijke klim, dus wel balen als we erachter komen dat we verkeerd zijn gereden. De berg afsjezen gaat gelukkig een stuk sneller. Bij de Zhonge Tempel aangekomen kopen we een entreekaartje voor 30 yuan. Dat valt op zich mee, alleen als we later bij de kabelbaan aankomen, blijkt die ook nog eens 30 yuan te kosten, voor een enkeltje. We doen maar gelijk een retourtje. Het is een flink stuk de berg op met de kabelbaan. De tempel is wel aardig om te zien. Wat nog veel leuker is, is het uitzicht over Dali en de omgeving wat je vanaf hier hebt. Er ligt een mooi geplaveid pad, naar een grot en een waterval. We genieten van het uitzicht en de bergen.
’s Avonds eten we bij het Tibetan Cafe, waar Fred een pizza besteld, en ik lam.